Vertaal
Naar andere talen: • plannen > ENplannen > ESplannen > FR
Vertalingen plannen NL>DE

plannen

werkw.
Uitspraak:  [ˈplɛnə(n)]
Verbuigingen:  plande (verl.tijd ) heeft gepland (volt.deelw.)

bedenken wanneer iets zal gebeuren - planen
een vakantie plannen in september - einen Urlaub im September planen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
plannen (ww.) ausdenken (ww.) ; ausklügeln (ww.) ; austüfteln (ww.) ; planen (ww.) ; sich ausdenken (ww.)
plannen (werkw.) planen
plannen Entwurfszeichnungen ; planen ; Pläne
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `plannen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: uitstippelen