Vertaal
Naar andere talen: • opdonderen > ENopdonderen > ESopdonderen > FR
Vertalingen opdonderen NL>DE
opdonderen (ww.) abhauen (ww.) ; abkratzen (ww.) ; abzischen (ww.) ; abzwitschen (ww.) ; sich zum Teufel scheren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `opdonderen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: inrukken
NL: ophoepelen
NL: opkrassen
NL: oplazeren

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: donder op! DE: scher dich zum Teufel!
NL: (hij is) opgedonderd DE: abgekratzt