Vertalingen klossen NL>DE
klossen (ww.) | aufwinden (ww.) ; lärmen (ww.) ; poltern (ww.) ; stampfen (ww.) |
het klossen | das Getrampel ; das Trampeln |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `klossen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: geklosNL: lopen met geluidNL: sjokkenUitdrukkingen en gezegdes
NL: gekloste kant
DE: Klöppelspitzen (Mz) DE: (plomp lopen) trampeln, trampsen, poltern, klotzen