Vertaal
Naar andere talen: • instrument > ENinstrument > ESinstrument > FR
Vertalingen instrument NL>DE

het instrument

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ɪnstryˈmɛnt]
Verbuigingen:  instrumenten (meerv.)

1) voorwerp waarmee je muziek maakt - Instrument (das ~)
De instrumenten van een blaaskwintet zijn fluit, hobo, klarinet, hoorn en fagot. - Die Instrumente eines Blasquintetts sind Flöte, Oboe, Klarinette, Horn und Fagott.

2) voorwerp dat je gebruikt bij nauwkeurig werk - Instrument (das ~)
de instrumenten van een chirurg - die chirurgischen Instrumente

3) middel dat bij iets helpt - Instrument (das ~)
De stemwijzer is een goed instrument om te helpen kiezen op een partij. - Der Wahl-O-Mat ist ein gutes Hilfsinstrument bei der Wahl einer Partei.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het instrumentdas Instrument ; das Musikinstrument ; das Werkzeug
de instrumentdas Gerät ; das Handwerkzeug ; das Werkzeug
instrument Instrument
Bronnen: Omegawiki.org; Wiktionary; interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `instrument`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: apparaat
NL: gereedschap
NL: gereedschappen
NL: gerei
NL: handwerktuig
NL: hulpmiddel
NL: instrumenten
NL: middel
NL: muziekinstrument
NL: werktuig