Vertalingen graat NL>DE
graat
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [xrat] |
| Verbuigingen: | graten (meerv.) |
onderdeel van het skelet van een vis -
Gräte (die ~) | De vis is gefileerd, maar er kan nog een graatje in zitten. - Der Fisch wurde filetiert, er kann jedoch noch eine Gräte enthalten. |
 van de graat vallen
(=heel veel honger hebben) - vor Hunger sterben
|
| niet zuiver op de graat zijn
(=(van iets of iemand) onbetrouwbaar zijn) - nicht ganz sauber sein
|
| geen graten in iets zien
(=geen moeite met iets hebben) - in etwas kein Problem sehen
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de graat (v) | die Gräte |
| de graat | die Fischgräte ; Gräte |
| graat | Grat |
Bronnen: interglot; Wiktionary; A.M.T.S.
Voorbeeldzinnen met `graat`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: visgraatUitdrukkingen en gezegdes
NL: van de
graat vallen
DE: (flauwvallen) ohnmächtig werdenNL: ik val van de
graat
DE: (ook) mir ist flau vor HungerNL: van graten ontdoen
DE: entgräten
