Vertaal
Naar andere talen: • dokken > ENdokken > ESdokken > FR
Vertalingen dokken NL>DE
dokken (ww.) entgelten (ww.) ; bezahlen (ww.) ; besolden (ww.) ; belohnen (ww.) ; auszahlen (ww.)
dokken (werkw.) docken ; blechen
het dokkendas Zahlen ; die Zahlung ; die Begleichung ; das Abzahlen ; das Abtragen
dokken Andockplattform ; Inspektionsplattform ; eindocken ; docken ; blechen
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `dokken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afrekenen
NL: afschuiven
NL: betalen
NL: lappen
NL: neerleggen
NL: offeren
NL: opdraaien
NL: schuiven
NL: storten
NL: uitbetalen