1. MWB
  2. Vertalen
  3. bezigheid (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • bezigheid > EN • bezigheid > ES • bezigheid > FR
Vertalingen bezigheid NL>DE

de bezigheid

zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak:  [ˈbezəxhɛit]
Verbuigingen:  bezigheden (meerv.)

iets waar je aan werkt - Beschäftigung (die ~)
veel bezigheden hebben - viele Beschäftigungen haben

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de bezigheid (v) die Aktivität ; die Arbeit ; die Aufgabe ; der Beruf ; die Beschäftigung ; der Eifer ; die Emsigkeit ; der Fleiß ; die Freizeitbeschäftigung ; die Geschäftigkeit ; das Gewerbe ; die Industrie ; die Leistung ; die Liebhaberei ; die Tat ; die Tätigkeit
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `bezigheid`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: activiteit
NL: ambacht
NL: arbeid
NL: bedrijvigheid
NL: hobby
NL: inspanning
NL: taak
NL: vak
NL: werk
NL: werkzaamheid

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (ik heb vandaag) drukke bezigheden DE: viele Geschäfte