Vertalingen afknappen NL>DE
afknappen (ww.) | abbrechen (ww.) ; abknacken (ww.) ; brechen (ww.) ; knacken (ww.) ; knicken (ww.) ; zerbrechen (ww.) |
afknappen | Abbrechen ; abspringen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afknappen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afbrekenNL: inklappen