Vertalingen aantreffen NL>DE
aantreffen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈantrɛfə(n)] |
| Verbuigingen: | trof aan (verl.tijd ) heeft aangetroffen (volt.deelw.) |
deel van de uitdrukking: -
vorfinden | Er is een dode man aangetroffen voor mijn huis. - Vor meinem Haus wurde ein toter Mann vorgefunden. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| aantreffen (ww.) | antreffen (ww.) ; auffinden (ww.) ; begegnen (ww.) ; finden (ww.) ; vorfinden (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `aantreffen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ontmoetenNL: tegenkomenNL: treffenNL: vindNL: vinden