Vertaal
Naar andere talen: • trait > DEtrait > ENtrait > ES
Vertalingen trait FR>NL
[tʀɛ]

1 ligne tracée - lijn - streep

2   tirer un trait sur
renoncer à - een streep zetten onder

  'tirer un trait sur son ambition'
  zijn ambitie laten varen


3 lignes, forme du visage - (gelaats)trekken

  'avoir les traits fins'
  fijne gelaatstrekken hebben


4   avoir trait à
se rapporter à - betrekking hebben op


5   d'un trait
en une seule fois - in één ruk

  'boire d'un trait'
  in één teug leegdrinken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
trait (m) de slok (m) ; de lijn ; het lijntje ; de linie (v) ; pennekras (znw.) ; de pennenstreek ; de rimpel (m) ; de ruk (m) ; de schimpscheut (m) ; de schreef ; kwalititeit (znw.) ; het stigma ; de streep ; het streepje ; de teug ; de trek (m) ; het trekje ; trekje aan een sigaret (znw.) ; de typering (v) ; de voorzet (m) ; de kras ; de dronk (m) ; de eigenschap (v) ; de gelaatstrek (m) ; gezichtsrimpel (znw.) ; de haal (m) ; haal met de pen (znw.) ; het haaltje ; de karaktereigenschap (v) ; de karakterisering (v) ; karakteristiek (znw.) ; de karaktertrek (m) ; het kenmerk
trait eigenschap ; uitzetting ; trek ; streng ; streep ; kenmerkend ; kenmerk
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `trait`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: attribut
FR: barre
FR: caractère
FR: caractéristique
FR: composante
FR: contour
FR: dessin
FR: éclair
FR: figure
FR: flèche

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: partir comme un trait NL: als een pijl uit de boog vertrekken
FR: cheval de trait NL: trekpaard
FR: (tout) d'un trait NL: ineens, aan één stuk
FR: trait d'union NL: verbindingsstreepje
FR: trait de lumière NL: lichtstraal
FR: un trait de lumière m'éblouit NL: er ging mij plotseling een licht op
FR: avoir trait à  NL: betrekking hebben op, slaan op