Vertalingen remporter FR>NL
[ʀɑ̃pɔʀte]1 reprendre - weer meenemen
'remporter ses affaires'
zijn spullen weer meenemen2 gagner - winnen
'remporter une victoire'
een overwinning behalen
'remporter la coupe'
de beker winnen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
remporter (ww.) | afvoeren (ww.) ; binnenbrengen (ww.) ; binnenhalen (ww.) ; eigen maken (ww.) ; iets bemachtigen (ww.) ; kopen (ww.) ; meedragen (ww.) ; te pakken krijgen (ww.) ; verkrijgen (ww.) ; verwerven (ww.) ; wegdragen (ww.) ; wegsjouwen (ww.) ; wegslepen (ww.) ; wegvoeren (ww.) |
remporter | binnenrijven ; in de wacht slepen |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `remporter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: emmener