Vertalingen poil FR>NL
[pwal]1 fin cheveu qui recouvre la peau - haar
'raser les poils'
de haren afscheren2 ce qui recouvre la peau de certains animaux - vacht
'un chien à poil ras'
een hond met een kortharige vacht3 à poil
tout nu - naakt
' être se mettre à poil'
naakt zijn lekker alles uitdoen © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
poil (m) | bont (znw.) ; de huid ; de pels (m) ; de stoppel (m) ; de vacht ; het vel |
poil | draadje ; haar ; pluisje ; pluizigheid ; poil ; pool |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `poil`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: chairFR: chevelureFR: cheveuFR: cilFR: crinFR: duvetFR: fourrureFR: moustacheFR: sourcilFR: toisonUitdrukkingen en gezegdes
FR: à
poil
NL: spiernaaktFR: au
poil, mieters
NL: preciesFR: brave à trois
poils
NL: ijzervreterFR: de tout
poil
NL: van allerlei slagFR: être de mauvais
poil
NL: slecht gehumeurd zijnFR: poil follet
NL: vlashaarFR: monter un cheval à
poil
NL: zonder zadel rijdenFR: reprendre du
poil de la bête
NL: de moed niet verliezen