[ʃəvø]
[mv: cheveux]
1 poil sur la tête de l'homme - (hoofd)haar

  'se faire couper les cheveux'
  zijn haar laten knippen
© K Dictionaries Ltd.

cheveu (m)	het haar ; het hoofdhaar
cheveu	hoofdhaar

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.




FR: tignasse

FR: couper, fendre un cheveu en quatre NL: muggeziften
FR: faire dresser les cheveux NL: de haren te berge doen rijzen
FR: se prendre aux cheveux NL: elkaar in de haren vliegen
FR: raisonnement tiré par les cheveux NL: onlogische redenering
FR: saisir l'occasion aux cheveux NL: de koe bij de horens vatten