Vertalingen étrier FR>NL
étrier (m) | voetbeugel (znw.) ; de stijgbeugel (m) ; de beugel (m) |
étrier | slof ; zadel ; verbindingsschakel ; U-bout ; trekbeugel ; stijgbeugel ; beugel ; remzadel ; klimijzer ; klimbeugel ; klamp ; kieuwstraal ; kieuwboog ; brug in mondstuk ; bok |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `étrier`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
FR: coup de l'
étrier
NL: glaasje op de valreepFR: courir à franc
étrier
NL: het paard de vrije teugel latenFR: avoir le pied à l'
étrier
NL: gereed zijn om te vertrekken, de voet in de stijgbeugel hebben (figuurlijk)FR: vider les
étriers
NL: zandruiter wordenFR: tenir l'
étrier à quelqu'un.
NL: de stijgbeugel voor iemand vasthouden, iemand in het zadel helpen (figuurlijk)