Vertaal
Naar andere talen: • dépêcher > DEdépêcher > ENdépêcher > ES
Vertalingen dépêcher FR>NL
[sədepeʃe]

1 agir rapidement - zich haasten

  'Dépêche-toi !'
  Schiet op!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
dépêcher (ww.) aanzwiepen (ww.) ; opdrijven (ww.) ; voortdrijven (ww.)
dépêcher haasten
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `dépêcher`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: accélérer
FR: envoyer
FR: tuer