[kɔʀn]

1 partie dure et pointue sur la tête de certains animaux - hoorn
d'un cervidé
gewei

  'les cornes d'une vache'
  de hoorns van een koe

2 peau dure - eelt

  'avoir de la corne sous les pieds'
  eelt onder zijn voeten hebben
© K Dictionaries Ltd.

corne (v)	de vouw ; de jachthoorns ; de hoorn (m) ; het ezelsoor
corne	hoornig ; hoornachtig ; klaxon ; verhoornd ; signaalhoorn ; oploopstuk ; arm ; klauwtje ; horen ; hoornig ; hoorn ; giek ; gaffel ; cornu ; boom

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.




FR: andouiller
FR: avertisseur
FR: bois
FR: chausse-pied
FR: cor
FR: cornes de chasse
FR: cornet
FR: ongle
FR: ramure
FR: trompe

FR: corne d'appel NL: toeter
FR: corne d'automobile NL: autohoren
FR: bêtes à  cornes NL: hoornvee
FR: faire porter des cornes à  un mari NL: een echtgenoot bedriegen
FR: bouton de corne NL: hoornen knoop
FR: manche en corne de cerf NL: hertshoornen heft
FR: chapeau à  trois cornes NL: driepuntige steek