Vertalingen cacher FR>NL
[kaʃe]1 mettre dans un lieu secret - verbergen
'cacher des documents'
documenten verstoppen
'cacher ··· chez soi'
iemand thuis verborgen houden2 ne pas dire - verzwijgen
'cacher ··· à ··· '
iets voor iemand verzwijgen
'cacher la vérité'
de waarheid verzwijgen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
cacher (ww.) | maskeren (ww.) ; wegstoppen (ww.) ; wegsteken (ww.) ; verzwijgen (ww.) ; verstoppen (ww.) ; versluieren (ww.) ; verhullen (ww.) ; verhelen (ww.) ; verheimelijken (ww.) ; verduisteren (ww.) ; verdringen (ww.) ; verbergen (ww.) ; van alarm voorzien (ww.) ; omhullen (ww.) ; met iets bestrijken (ww.) ; inhullen (ww.) ; in omgeving op laten gaan (ww.) ; iemand van de plaats dringen (ww.) ; hullen (ww.) ; gevoelens verdringen (ww.) ; camoufleren (ww.) ; beveiligen (ww.) ; beschutten (ww.) ; bescherming bieden (ww.) ; beschermen (ww.) ; bemantelen (ww.) ; bedekken (ww.) ; achterhouden (ww.) |
cacher | geheimhouden |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `cacher`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: camouflerFR: celerFR: couvrirFR: déguiserFR: déroberFR: dissimulerFR: éclipserFR: enfermerFR: escamoterFR: étouffer