Vertalingen agir FR>NL
[aʒiʀ]1 faire ··· - handelen
'Il devient urgent d'agir.'
Er moet dringend opgetreden worden.2 se comporter - handelen
'Il a mal agi.'
Hij heeft slecht gehandeld.3 avoir un effet - (in)werken
'laisser agir avant de rincer'
laten inwerken alvorens uit te spoelen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
agir (ww.) | ageren (ww.) ; handelen (ww.) ; leven (ww.) ; manipuleren (ww.) ; opereren (ww.) ; optreden (ww.) ; procederen (ww.) ; te werk gaan (ww.) ; werken (ww.) |
agir | ageren ; ingrijpen ; opkomen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `agir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: conduireFR: employerFR: entreprendreFR: exécuterFR: faireFR: manipulerFR: prendreFR: procéderUitdrukkingen en gezegdes
FR: agir en
NL: handelen alsFR: il s'agit de
NL: het gaat om, er is sprake vanFR: il s'agit de savoir si
NL: het is de vraag ofFR: il s'agit bien de cela!
NL: alsof het daarom ging!