Vertalingen victime FR>NL
[viktim]1 personne blessée ou tuée - slachtoffer
'les victimes d'une catastrophe'
de slachtoffers van een ramp2 personne qui subit une agression - slachtoffer
'être victime d'un viol'
het slachtoffer zijn van een verkrachting© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
victime (v) | benadeelde (znw.) ; de gedupeerde ; geestelijk geraakte (znw.) ; de gekwetste ; de gewonde ; het offer ; de offerande ; het slachtoffer |
la victime | het verkeersslachtoffer |
victime | benadeelde ; ongeval ; slachtoffer |
Bronnen: interglot; Trueterm; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `victime`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: blesséFR: martyrFR: mortFR: offrandeFR: souffre-douleurFR: tué