Vertalingen séparé FR>NL
[sepaʀasjɔ̃]1 qui ne vit pas ou plus avec ··· - gescheiden
'Ses parents sont séparés.'
Zijn ouders zijn gescheiden.2 qui est différent - afzonderlijk
'écrire sur deux feuilles séparées'
op twee aparte velletjes schrijven© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
séparé (m) | afgezonderd ; afgezonderde ; afzonderlijk ; gescheiden |
séparé | ontbonden ; opgeheven ; uit elkaar ; uit elkander ; uiteen ; uiteengegaan ; uiteengevallen ; uitelkaar ; van elkaar ; van elkander ; vaneen |
Bronnen: Wikipedia; Antiquarian Dictionary; interglot
Voorbeeldzinnen met `séparé`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: analyseFR: casseFR: classeFR: cloisonneFR: coupeFR: débrouilleFR: décolleFR: décomposeFR: démantibuleFR: démêle