Vertalingen main FR>NL
[mɛ̃]1 partie du corps qui est à l'extrémité du bras - hand
'tenir ··· à la main'
iets in zijn hand hebben
'écrire de la main gauche'
met zijn linkerhand schrijven
faire ··· à la main
(= faire ··· sans utiliser de machine) - iets met de hand doen
'laver à la main'
op/met de hand wassen / in de handwas doen
donner la main à ···
(= tenir ··· par la main) - iemand een hand geven
en mains propres
(= à la personne à qui est destiné ··· ) - aan de persoon zelf
'remettre un colis en mains propres'
een pakje aan de persoon zelf afgeven© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
main (v) | de hand (v) ; de jat ; de klauw ; de knuist ; de poot (m) |
main | hand |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `main`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: aideFR: appréhenderFR: arrêterFR: balustradeFR: dextreFR: emparerFR: grifféFR: main-forteFR: rampeFR: senestreUitdrukkingen en gezegdes
FR: à
main armée
NL: gewapenderhandFR: battre des
mains
NL: in de handen klappenFR: avoir des
mains de beurre
NL: alles laten vallenFR: être en bonnes
mains
NL: in goede handen zijnFR: il a une canne à la
main
NL: hij heeft een stok in de handFR: changer de
main
NL: van eigenaar veranderenFR: avoir le coeur sur la
main
NL: mild zijnFR: coup de
main
NL: aanslagFR: dans la
main
NL: in de (gesloten) handFR: de
main en
main
NL: van hand tot handFR: donner à pleines
mains
NL: met gulle hand gevenFR: avoir en
mains
NL: in handen hebbenFR: donner en
mains
NL: in handen gevenFR: entre les
mains de
NL: in handen van, in de macht vanFR: faire
main basse
NL: zich meester maken, de hand leggen opFR: fait à la
main
NL: met de hand gemaaktFR: forcer la
main
NL: dwingenFR: avoir la
main haute
NL: de lakens uitdelenFR: joindre les
mains
NL: de handen vouwenFR: lâcher la
main à quelqu'un.
NL: iemand de vrije teugel latenFR: se laver les
mains d'une chose
NL: ergens geen schuld aan hebbenFR: lever la
main sur quelqu'un.
NL: