Vertalingen élan FR>NL
[elɑ̃]1 mouvement avant de sauter, de courir - aanloop
'prendre son élan'
een aanloop nemen2 mouvement, vitesse - vaart
'arrêter ··· dans son élan'
iemand stuiten in zijn vaart3 sentiment fort - opwelling
'un élan d'enthousiasme'
een opwelling van geestdrift© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
élan (m) | de gedrevenheid (v) ; de zin (m) ; het vuur ; vlijtigheid (znw.) ; de vlijt ; de passie (v) ; noestigheid (znw.) ; de nijverheid (v) ; naarstigheid (znw.) ; ijverigheid (znw.) ; de hartstocht (m) ; de geestdrift ; de fascinatie (v) ; het enthousiasme ; de eland (m) ; de bezieling (v) ; de bevlogenheid (v) |
élan | aandrift ; rendierleder ; neiging ; impetus ; elandantilope ; eland |
Bronnen: interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `élan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: ardeurFR: bondFR: cerfFR: élandFR: emportementFR: empressementFR: envoléeFR: essorFR: fougueFR: impulsionUitdrukkingen en gezegdes
FR: prendre son
élan
NL: een aanloop nemen