Vertalingen don FR>NL
[dɔ̃]1 action de donner, d'offrir ··· à - gift
'faire un don à ··· '
iemand iets schenken
'faire don d'une œuvre d'art à un musée'
een kunstwerk aan een museum schenken2 grandes capacités, talent - aanleg
'avoir un don pour la musique'
aanleg hebben voor muziek© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
don (m) | het presentje ; de genialiteit (v) ; de geschenk ; het gevoel ; de gift ; kado (znw.) ; de knobbel (m) ; de kundigheid (v) ; het present ; de gave ; de schenking (v) ; de scherpzinnigheid (v) ; het talent ; de vaardigheid (v) ; het verjaardagscadeau ; het vernuft ; vindingrijk vernuft (znw.) ; feeling (znw.) ; de donatie (v) ; de capaciteit (v) ; het cadeau ; de bekwaamheid (v) ; de begaafdheid (v) ; de aardigheid (v) ; het aanvoelen ; de aanleg (m) |
DON (Afkorting) | vomitoxine ; DON (Afkorting) |
don | gulle gift ; schenking ; schenken ; natuurlijke aanleg ; hulp |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `don`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: allocationFR: aptitudeFR: artFR: attributionFR: aumôneFR: cadeauFR: capacitéFR: charitéFR: délivranceFR: dépôtUitdrukkingen en gezegdes
FR: don gratuit
NL: vrijwillige giftFR: les
dons de Bacchus
NL: de wijnFR: les
dons de Cérès
NL: het korenFR: les
dons de Flore
NL: de bloemenFR: les
dons de la Fortune
NL: de rijkdomFR: avoir le
don des langues
NL: een talenknobbel hebbenFR: avoir le
don des larmes
NL: kunnen schreien, wanneer men wilFR: les
dons de la nature
NL: de natuurlijke begaafdheden