Vertaal
Naar andere talen: • bouffer > DEbouffer > ENbouffer > ES
Vertalingen bouffer FR>NL
[bufe]

1 être gonflé - bol staan

  'une jupe qui bouffe'
  een bolstaande rok


2 manger - vreten
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bouffer (ww.) smullen (ww.) ; opeten (ww.) ; oppeuzelen (ww.) ; opvreten (ww.) ; savoureren (ww.) ; schaften (ww.) ; schransen (ww.) ; schrokken (ww.) ; slempen (ww.) ; smikkelen (ww.) ; opbollen (ww.) ; tegoed doen (ww.) ; tot zich nemen (ww.) ; verorberen (ww.) ; verslinden (ww.) ; verzwelgen (ww.) ; vreten (ww.) ; zitten proppen (ww.) ; zwelgen (ww.) ; laten exploderen (ww.) ; bollen (ww.) ; brassen (ww.) ; bunkeren (ww.) ; consumeren (ww.) ; eten (ww.) ; gebruiken (ww.) ; kluiven (ww.) ; knauwen (ww.) ; bikken (ww.) ; laven (ww.) ; lekker eten (ww.) ; lenigen (ww.) ; lessen (ww.) ; naar binnen werken (ww.) ; nuttigen (ww.) ; onfatsoenlijk eten (ww.) ; opblazen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `bouffer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: grignoter