Vertaal
Naar andere talen: • bâtiment > DEbâtiment > ENbâtiment > ES
Vertalingen bâtiment FR>NL
[bɑtimɑ̃]

1 construction - gebouw

  'le bâtiment principal d'une école'
  het hoofdgebouw van een school


2 activité, industrie - bouw - bouwvak

  'travailler dans le bâtiment'
  in de bouw werken

  'être peintre en bâtiment'
  huisschilder zijn

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bâtiment (m) het bouwsel
le bâtiment~ gebouw
bâtiment bouwwerk ; burgerlijke en utiliteitsbouw ; gebouw ; stal ; vaartuig
Bronnen: interglot; Trueterm; Omegawiki.org; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `bâtiment`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: bateau
FR: bâtisse
FR: building
FR: construction
FR: édifice
FR: gratte-ciel
FR: immeuble
FR: maison
FR: monument
FR: navire