Vertaal
Naar andere talen: • épargner > DEépargner > ENépargner > ES
Vertalingen épargner FR>NL
[epaʀɲe]

1 garder de l'argent pour plus tard - sparen

  'épargner pour la retraite'
  sparen voor het pensioen


2   épargner à ··· de faire ···
éviter ··· à ··· - iemand iets besparen

  'épargner des ennuis à ··· '
  iemand problemen besparen


3 ne pas tuer - sparen

  'épargner son ennemi'
  zijn/haar vijand sparen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
épargner (ww.) besparen (ww.) ; bijeenzamelen (ww.) ; geld besparen (ww.) ; matigen (ww.) ; minder gebruiken (ww.) ; ontzien (ww.) ; opeenhopen (ww.) ; opsparen (ww.) ; verschonen (ww.) ; zuinig zijn (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `épargner`
Voorbeeldzinnen laden....