Vertaal
Naar andere talen: • figer > ENfiger > ESfiger > NL
Vertalingen figer FR>DE
figer (ww.) eindicken (ww.) ; erfrieren (ww.) ; erlahmen (ww.) ; erstarren (ww.) ; steif werden (ww.) ; stillstehen (ww.) ; versteifen (ww.) ; versteinern (ww.) ; verstocken (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `figer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: raidir