Vertaal
Naar andere talen: • trasto > DEtrasto > ENtrasto > FR
Vertalingen trasto ES>NL

I el trasto

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['tɾasto]

1) objeto que carece de valor y utilidad - rommel
Se deshizo de un montón de trastos inútiles. - Hij heeft een hele hoop overbodige rommel weggedaan.

2) máquina que genera problemas para manejarlo porque es viejo o funciona mal - oud/slecht exemplaar
Cambió el trasto de computadora que tenía por una portátil. - Hij heeft de oude computer die hij had vervangen door een draagbare.


II el trastos

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['tɾastos]

herramientas propias de una actividad o profesión - gereedschap
El carpintero transportaba sus trastos en una gran caja de madera. - De timmerman vervoerde zijn gereedschap in een grote houten kist.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el trasto (m) de boef (m) ; de fielt (m) ; de geitenbreier (m) ; de lammeling (m) ; de lamzak (m) ; de lanterfanter (m) ; de lapzwans ; de leegloper (m) ; de lijntrekker (m) ; de nietsnut (m) ; de niksnut (m) ; het onding ; de schobbejak (m) ; de schurk (m) ; de slampamper (m) ; slapkous (znw.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `trasto`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: armatoste
ES: canalla
ES: chinche
ES: criminal
ES: delincuente
ES: desalmado
ES: granuja
ES: granujita
ES: malapieza
ES: pillete