Vertaal
Naar andere talen: • saldo > DEsaldo > ENsaldo > FR
Vertalingen saldo ES>NL

el saldo

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['salðo]

1) pago de una deuda pendiente - afbetaling
el saldo de un crédito - de afbetaling van een krediet

2) cantidad a favor o en contra en una cuenta bancaria - saldo
no tener saldo - geen saldo hebben

3) resultado final de una actividad - saldo
Obtuvimos un saldo favorable al final del año. - We hebben aan het einde van het jaar een gunstig saldo verkregen.

4) resto de mercancías que se venden a bajo precio - opruiming
temporada de saldos - seizoensopruiming

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el saldo (m) het afrekenen ; de afrekening (v) ; het exces ; het saldo ; de vereffening (v) ; de verrekening (v)
saldo balans ; saldo
Bronnen: interglot; Omegawiki.org; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `saldo`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: arreglo
ES: crédito
ES: excedente
ES: exceso
ES: fin de temporada
ES: finiquito
ES: liquidación
ES: liquidación por cese
ES: rebajas
ES: remanente