Vertalingen premio ES>NL
el premio
zelfst.naamw.
1) reconocimiento público que obtiene una persona por su excelencia en una actividad o cualidad -
beloning | Dieron un premio al empleado del mes. - Ze hebben de werknemer van de maand een beloning gegeven. |
2) recompensa que se otorga -
prijs | ganar un premio en la lotería - een prijs in de loterij winnen |
 premio gordo
(=el mayor premio en un sorteo) - hoofdprijs
Le tocó el premio gordo en la lotería. - Hij heeft de hoofdprijs in de loterij gewonnen.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el premio (m) | de premie (v) ; de winstuitkering (v) ; de winstdeling (v) ; winstdeel (znw.) ; het winstaandeel ; het vindersloon ; de verzekeringspremie (v) ; de vergoeding (v) ; de toeslag (m) ; het tantième ; het loon ; de jackpot (m) ; de hoofdprijs (m) ; het extraatje ; extra beloning (znw.) ; de bonus (m) ; de beloning (v) ; de bekroning (v) |
| premio | premie ; prijs |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `premio`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: bonusES: cuotaES: dividendoES: galardónES: gordoES: honorarioES: honraES: laurelES: lauroES: paga
