Vertaal
Naar andere talen: • nombramiento > DEnombramiento > ENnombramiento > FR
Vertalingen nombramiento ES>NL

el nombramiento

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [nombɾa'mjento]

1) designación de alguien para que desempeñe un cargo o función - benoeming
Se realizó el nombramiento del Secretario de la Gobernación. - De benoeming van de Overheidssecretaris heeft plaats gehad.

2) texto con el que se designa a una persona para ocupar un cargo o función - aanstelling
Le dieron el nombramiento de jefe. - Ze hebben hem als baas aangesteld.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el nombramiento (m) de aanstelling (v) ; de benoeming (v) ; de installatie (v) ; de nominatie (v) ; officiersaanstelling (znw.) ; taakverschaffing (znw.) ; de tewerkstelling (v) ; de voordracht ; de werkverschaffing (v)
nombramiento aanstelling ; benoeming ; vaste aanstelling
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `nombramiento`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: candidatura
ES: designación
ES: diploma
ES: elección
ES: llamamiento
ES: nombramiento de oficial
ES: nominación
ES: señalamiento
ES: título