1. MWB
  2. Vertalen
  3. matriz (ES>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • matriz > DE • matriz > EN • matriz > FR
Vertalingen matriz ES>NL

I la matriz

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ma'tɾiɑu]

1) órgano femenino donde se desarrolla el feto - baarmoeder
una operación de matriz - een operatie aan de baarmoeder

2) molde en que se funden objetos de metal que han de ser idénticos - matrijs
una matriz para acuñar monedas - een matrijs om munten te slaan

3) molde para imprimir letras - drukvorm
matriz tipográfica - typografische drukvorm


II matriz

bijv.naamw.

1) que da origen a otra - master
un diseño matriz - een masterontwerp

2) que es el núcleo central de otras sucursales - hoofd-
Llamaré a la casa matriz para ver si la garantía cubre su problema. - Ik zal naar het hoofdkantoor bellen om na te gaan of de garantie zijn probleem dekt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
la matriz (v) de vorm (m) ; raster ; moedervorm (znw.) ; modelvorm (znw.) ; de matrix (v) ; de matrijs ; mal (znw.) ; de gietvorm (m) ; baarmoeder
matriz vorm ; vormdelen ; array-variabele ; variabelentabel ; smeedmatrijs ; rij ; muntstempel ; moederbeeld ; meerdelige loopvlakvorm ; matrix ; matrijs ; grondmassa ; gietvorm
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `matriz`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: cerviz
ES: clítoris
ES: estarcido
ES: figurín
ES: forma
ES: gálibo
ES: horma
ES: labio de la vulva
ES: manera
ES: matrices