Vertaal
Naar andere talen: • jurar > DEjurar > ENjurar > FR
Vertalingen jurar ES>NL

I jurar

werkw.
Uitspraak:  [xuaɾ]

1) afirmar o negar de manera solemne una cosa poniendo testigos - zweren
jurar fidelidad eterna - eeuwige trouw zweren

2) someterse en acto solemnes a los preceptos de un Estado - de eed afleggen
jurar la Constitución - de eed op de grondwet afleggen


II jurar

werkw.

maldecir en contra de alguien o algo - vloeken
jurar vanamente - zinloos vloeken
uitdrukking jurar en falso
uitdrukking jurársela a alguien

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
jurar (ww.) een eed afleggen (ww.) ; een eed doen (ww.) ; plechtig beloven (ww.) ; zweren (ww.)
Bronnen: Wikipedia; interglot


Voorbeeldzinnen met `jurar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: afirmar bajo juramento
ES: asegurar
ES: comprometerse
ES: dar su palabra
ES: declarar bajo juramento
ES: garantizar
ES: hacer voto
ES: prestar juramento
ES: prometer
ES: prometer solemnemente