Vertalingen inútil ES>NL
inútil
bijv.naamw.
1) que no produce provecho o beneficio -
zinloos | una compra inútil - een zinloze aankoop |
2) que no produce provecho o beneficio -
waardeloos | empleados inútiles - waardeloze werknemers |
3) que no es apto para realizar una tarea a causa de un impedimento -
arbeidsongeschikt | Un empleado quedó inútil en el incendio de la fábrica. - Een werknemer is arbeidsongeschikt geworden na de fabrieksbrand. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| inútil (znw.) | slapkous (znw.) ; de slampamper (m) ; de niksnut (m) ; de nietsnut (m) ; de lijntrekker (m) ; de leegloper (m) ; de lapzwans ; de lanterfanter (m) ; de lamzak (m) ; de lammeling (m) ; de geitenbreier (m) |
| inútil (m) | f (nutteloos) |
| inútil | zinledig ; zonder resultaat ; zonder nut ; zinloos ; waardeloos ; vruchteloos ; vergeefs ; tevergeefs ; sukkelig ; sukkelend ; slungelig ; overtollig ; onnut ; onbruikbaar ; nutteloos ; krukkig ; ijdel ; doelloos ; nodeloos |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `inútil`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: desaprovechadoES: desocupadoES: estérilES: improductivoES: impropioES: inadecuadoES: incapazES: incompetenteES: incongruenteES: incorrecto