Vertaal
Naar andere talen: • instruir > DEinstruir > ENinstruir > FR
Vertalingen instruir ES>NL
instruir (ww.) onderwijzen (ww.) ; wijzigen (ww.) ; voorlichten (ww.) ; verwisselen (ww.) ; veranderen (ww.) ; scholen (ww.) ; opleiden (ww.) ; opdragen (ww.) ; opdracht geven (ww.) ; afwisselen (ww.) ; onderrichten (ww.) ; lesgeven (ww.) ; instrueren (ww.) ; instructie geven (ww.) ; inlichten (ww.) ; herzien (ww.) ; doceren (ww.) ; bijbrengen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `instruir`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: adiestrar
ES: adoctrinar
ES: alterar
ES: alternar
ES: amaestrar
ES: cambiar
ES: cambiar por
ES: capacitar
ES: capacitarse para
ES: convertir