Vertalingen hábito ES>NL
el hábito
zelfst.naamw.
1) costumbre, práctica habitual -
gewoonte un saludable hábito alimentario - een gezonde eetgewoonte |
2) traje que visten los religiosos o religiosas de ciertas ordenes -
habijt El hábito de los franciscanos es de color marrón. - Het habijt van de franciscanen is bruin van kleur. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
el hábito (m) | het habijt ; de zede ; de usance ; de traditie (v) ; priesterlijk ambtsgewaad (znw.) ; de pij ; liturgisch gewaad (znw.) ; kerkgewaad (znw.) ; de hantering (v) ; geestelijk gewaad (znw.) ; gebruikelijkheid (znw.) ; de gangbaarheid (v) ; de algemeenheid (v) ; de aanwending (v) |
el habito | de gewoonte (v) |
hábito | aanleg ; uiterlijk ; gewoonte |
Bronnen: interglot; Engoi Woordenschatoefeningen; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `hábito`

Voorbeeldzinnen laden....