Vertaal
Naar andere talen: • fisgar > DEfisgar > ENfisgar > FR
Vertalingen fisgar ES>NL
fisgar (ww.) om zich heen kijken (ww.) ; rondkijken (ww.) ; rondneuzen (ww.) ; rondscharrelen (ww.) ; rondsnuffelen (ww.) ; snuffelen aan (ww.) ; struinen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `fisgar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: curiosear
ES: entremeterse
ES: entrometerse
ES: escarbar
ES: fisgonear
ES: flirtear
ES: hurgar
ES: husmear
ES: intervenir
ES: mangonear