Vertalingen cintura ES>NL
la cintura
zelfst.naamw.
1) parte más estrecha del tronco humano, ubicada sobre las caderas anatomie -
taille La actriz tiene una cintura finísima. - De actrice heeft een heel smalle taille. |
meter en cintura (=hacer que una persona obedezca por medio de una educación severa) - onder de duim houden
Debes meter en cintura a tus alumnos. - Je moet je leerlingen onder de duim houden.
|
2) parte de algunas prendas de vestir que rodea esta parte del cuerpo clothing -
tailleband coser la cintura de un vestido - de tailleband van een jurk naaien |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
la cintura (v) | de broekband (m) ; de draagband (m) ; de draagriem (m) ; de gordelriem (m) ; de heup ; de koppelriem (m) ; het middel ; middel van het lichaam (znw.) ; de taille |
cintura | bekkengordel ; cingulummembri inferioris |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `cintura`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: bandaES: caderaES: cintoES: cinturonesES: correaES: costadoES: ladoES: medioES: talle