Vertalingen bendecir ES>NL
bendecir
werkw.
1) mostrar agradecimiento -
loven bendigo tus manos - ik loof je handen |
2) consagrar al culto religie -
inwijden El obispo ha bendecido el matrimonio. - De bisschop heeft het huwelijk ingewijd. |
3) hacer la señal de la cruz religie -
zegenen bendecir la comida - de maaltijd zegenen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
bendecir (ww.) | zegenen (ww.) |
Bron: WikipediaVoorbeeldzinnen met `bendecir`

Voorbeeldzinnen laden....