Zie ook:
zapateroVertalingen Zapatero ES>NL
I zapatero, -ra
bijv.naamw.
relacionado con las prendas de vestir que cubren el pie -
schoenen- insdustria zapatera - schoenenindustrie |
II el/la zapatero, -ra
zelfst.naamw.
persona que tiene por oficio fabricar, reparar o vender calzado notPredefined" freeValue="occupations -
schoenmaker El zapatero dijo que tus botas no tienen arreglo. - De schoenmaker zei dat jouw laarzen niet meer te repareren zijn. |
III el/la zapatero
zelfst.naamw.
mueble usado para guardar zapatos -
schoenenkast Los tacones que buscas están en el zapatero. - De hakken die je zoekt staan in de schoenenkast. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
el zapatero (m) | de schoenlapper (m) ; de schoenmaakster (v) ; de schoenmaker (m) |
Zapatero | schoenenrek |
Bronnen: interglot; Wikipedia; wonenguru.nl/beste-schoenenrek/Voorbeeldzinnen met `Zapatero`

Voorbeeldzinnen laden....