Vertalingen virar ES>NL
virar
werkw.
1) cambiar de dirección un vehículo en su marcha -
een bocht maken El camión viró a la izquierda en el cruce. - De vrachtwagen maakte een bocht naar links op het kruispunt. |
2) cambiar de ideas o forma de actuar -
een ommezwaai maken Su vida viró con el nacimiento de su hijo. - Zijn leven maakte een ommezwaai met de geboorte van zijn zoon. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
virar (ww.) | afzwenken (ww.) ; zwenken (ww.) |
virar | binnenhalen ; halen ; hieuwen ; overstag gaan ; thuishalen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `virar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: girar