Vertaal
Naar andere talen: • tenedor > DEtenedor > ENtenedor > FR
Vertalingen tenedor ES>NL

I el/la tenedor, -ra

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [tene'ðoɾ, -ɾa]

persona que tiene una cosa - houder, houdster
Este cheque se paga a la orden del tenedor. - Deze cheque wordt aan order van de houder betaald.
uitdrukking tenedor de libros


II el tenedor

zelfst.naamw.

1) utensilio compuesto de un mango con púas en la punta para pinchar alimentos y llevarlos a la boca - vork
un tenedor de plata - een zilveren vork

2) signo de este utensilio que indica la categoría de un restaurante culinair - vork
un restaurante de tres tenedores - een restaurant van drie vorken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el tenedor (m) de kroeg ; de uitspanning (v) ; theesalon (znw.) ; het theehuis ; de tearoom (m) ; de taveerne ; de tapperij (v) ; de stationsrestauratie (v) ; de lokaliteit (v) ; de koffieshop (m) ; het koffiehuis ; de espressobar ; bar (znw.)
el tenedorde vork
tenedor houder ; vork ; prakijzer
Bronnen: interglot; Engoi Woordenschatoefeningen; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `tenedor`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: amo
ES: apuro
ES: barra
ES: bufe
ES: canilla
ES: comedor
ES: cubierto
ES: cubiertos
ES: cubiertos de plata
ES: cucharilla