Vertaal
Naar andere talen: • riqueza > DEriqueza > ENriqueza > FR
Vertalingen riqueza ES>NL

la riqueza

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ri'keɑua]

1) conjunto de bienes, dinero o cosas de valor que se poseen - rijkdom
Perdió sus riquezas en un mal negocio. - Hij heeft zijn rijkdommen in een nadelige transactie verloren.

2) cosa que tiene gran valor - schat
un tesoro de oro y piedras preciosas - een schat van goud en edelstenen

3) abundancia de cualidades excepcionales que tiene una persona o cosa - waarde
El orfebre realizaba obras de gran riqueza. - De edelsmid maakte werken van grote waarde.

4) abundancia de cualquier cosa - rijkdom
la riqueza mineral del suelo - de minerale rijkdom van de grond

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
la riqueza (v) financiële middelen (znw.) ; het geldelijk vermogen ; de geldmiddelen ; de kapitaal ; de luxe (m) ; de overvloed (m) ; de pracht ; de rijkdom (m) ; de rijkheid (v) ; het vermogen ; de weelde ; de weelderigheid (v)
riqueza rijkdom
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `riqueza`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abundancia
ES: bienes
ES: capital
ES: caudal
ES: copia
ES: esplendor
ES: exceso
ES: exuberancia
ES: finanzas
ES: fondos en caja