Vertaal
Naar andere talen: • menospreciar > DEmenospreciar > ENmenospreciar > FR
Vertalingen menospreciar ES>NL
menospreciar (ww.) denigreren (ww.) ; geringschatten (ww.) ; kleineren (ww.) ; laten passeren (ww.) ; minachten (ww.) ; neerhalen (ww.) ; neerkijken op (ww.) ; verachten (ww.) ; vernederen (ww.) ; versmaden (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `menospreciar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abandonar
ES: achicar
ES: denigrar
ES: desairar
ES: desatender
ES: desconocer
ES: desconsiderar
ES: descuidar
ES: desdeñar
ES: desestimar