Uitspraak: | [je'ɾβa] |
Estos animales se alimentan de las hierbas del campo. - Deze dieren voeden zich met het gras van het platteland. |
A los chicos les gusta jugar en la hierba. - De kinderen vinden het leuk om op het gras te spelen. |
Le recomendaron unas hierbas digestivas. - Ze hebben hem enkele kruidentheeën aanbevolen. |