Vertaal
Naar andere talen: • empapar > ENempapar > FRempapar > NL
Vertalingen empapar ES>DE
empapar (ww.) aufweichen (ww.) ; durchnässen (ww.) ; durchtränken (ww.) ; imprägnieren (ww.) ; senken (ww.) ; trenken (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `empapar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: arranquar
ES: impregnar