Vertaal
Naar andere talen: • desollar > ENdesollar > FRdesollar > NL
Vertalingen desollar ES>DE
desollar (ww.) abdecken (ww.) ; abhäuten (ww.) ; enthäuten (ww.) ; häuten (ww.) ; schinden (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `desollar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: deshuesar
ES: despellejar
ES: escalpar
ES: pelar
ES: quitar la piel