1 the natural outer covering of an animal or person: “She couldn't stand the feel of wool against her skin”
huid

2 a thin outer layer, as on a fruit: “a banana-skin”
schil

3 a (thin) film or layer that forms on a liquid: “Boiled milk often has a skin on it.”
vel
to remove the skin from: “He skinned and cooked the rabbit.”
villen

'skin-diving (Zelfstandig naamwoord)

diving and swimming under water with simple equipment (a mask, flippers etc).
snorkelen

'skin flick (Zelfstandig naamwoord)

a pornographic film.
pornofilm

'skin-'tight (Bijvoeglijk naamwoord)

fitting as tightly as one's skin: “skin-tight jeans”
nauwsluitend

by the skin of one's teeth

very narrowly; only just: “We escaped by the skin of our teeth.”
op het nippertje
© K Dictionaries Ltd.

to skin	peul (ww.) ; afhalen (ww.) ; afschaven (ww.) ; afstropen (ww.) ; hachje (ww.) ; huid (ww.) ; jassen (ww.) ; ontvellen (ww.) ; pellen (ww.) ; schil (ww.) ; schillen (ww.) ; stropen (ww.) ; uitbenen (ww.) ; vel (ww.) ; vervellen (ww.) ; villen (ww.)
the skin	het dierenvel
skin	buitenbeplating ; weergave toepassen ; weergave ; vloerelement ; vlies ; vellen ; vel ; vacht ; schil ; pels ; huidschil ; huid van een schip ; huid ; giethuid ; dierevel ; de schil

Bronnen: interglot; Tecdic.com; Autowoordenboek; MWB; Download IATE, European Union, 2017.; Vlietstra; Wakefield genealogy pages; Horecagids; TU-Delft-Hydraulic-Engineering-Glossary




EN: bark
EN: bone
EN: buckskin
EN: buffalo hide
EN: covering
EN: crust
EN: elephant hide
EN: facial appearance
EN: features
EN: fleece

EN: jump out of one's skin NL: buiten zichzelf zijn NL: z. doodschrikken
EN: save one's skin, keep a whole skin NL: het er levend afbrengen
EN: I would not be in your skin NL: ik zou niet graag in jouw schoenen staan
EN: inner, true skin NL: lederhuid
EN: outer skin NL: opperhuid
EN: thick skin NL: dikhuidigheid
EN: get a person under one's skin NL: iemand in zijn macht hebben NL: iemand irriteren NL: iemand fascineren
EN: by, with the skin of one's teeth NL: op het kantje af, ternauwernood
EN: wear s.th. next to the skin NL: iets op het blote lijf dragen
EN: skin off NL: uittrekken (een trui etc.)
EN: keep your eyes skinned NL: kijk goed uit je doppen
EN: skin a flint NL: op een cent doodblijven