Vertaal
Naar andere talen: • organize > DEorganize > ESorganize > FR
Vertalingen organize EN>NL

1 to arrange or prepare (something), usually requiring some time or effort: “They organized a conference.”
organiseren

2 to make into a society etc: “He organized the workers into a trade union.”
organiseren

'organizer (Zelfstandig naamwoord)

organisator

'organi'zation (Zelfstandig naamwoord)

1 a group of people working together for a purpose: “a business organization.”
organisatie

2 the act of organizing: “Efficiency depends on the organization of one's work.”
organisatie

3 the state of being organized: “This report lacks organization.”
structuur

'organized (Bijvoeglijk naamwoord)

1 efficient: “She's a very organized person.”
methodisch

2 well-arranged: “an organized report.”
goed gestructureerd

3 having been planned: “an organized protest.”
georganiseerd
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to organize archiveren (ww.) ; bewaren (ww.) ; catalogiseren (ww.) ; coördineren (ww.) ; huis inrichten (ww.) ; opbergen (ww.) ; opslaan (ww.) ; ordenen (ww.) ; organiseren (ww.) ; regelen (ww.)
organize uitschrijven
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `organize`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: arrange
EN: bring together
EN: coordinate
EN: direct
EN: fix
EN: fix up
EN: harmonize
EN: install
EN: make plans for
EN: manage

Alternatieve spelling of gebruik
Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels:
UK-spelling: organise
US-spelling: organize