Vertaal
Naar andere talen: • bake > DEbake > ESbake > FR
Vertalingen bake EN>NL

1 to cook in an oven: “I'm going to bake (bread) today”
bakken

2 to dry or harden by heat: “The sun is baking the ground dry.”
bakken

baked (Bijvoeglijk naamwoord)

: “baked ham”
gebakken

'baker (Zelfstandig naamwoord)

1 a person who bakes: “He is a qualified baker”
bakker

2 a baker's shop.
bakker

'bakery (Zelfstandig naamwoord)

a place where baking is done and / or where bread, cakes etc are sold: “I bought some cakes at the bakery.”
bakkerij

'baking (Zelfstandig naamwoord)

the act or art of cooking bread, cakes etc.
het bakken

baking powder

a powder used to make cakes etc rise: “This sponge cake is very flat �� you can't have used enough baking powder.”
bakpoeder

a baker's dozen

thirteen.
dertien
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to bake bakken (ww.) ; moffelen (ww.)
bake drogen ; verharden door verhitting ; verhitten tot verbrandingstemperatuur
Bronnen: interglot; Vlietstra; Download IATE, European Union, 2017.; Autowoordenboek


Voorbeeldzinnen met `bake`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: boil
EN: burn
EN: cook
EN: fry
EN: heat
EN: overheat
EN: roast
EN: scorch